Op deze pagina verzamelen we belangrijke uitspraken rond het Didam-arrest. Zie ook de pagina met vragen en antwoorden rond het Didam-arrest.
- Reguliere procedure (3 juli 2024) Het gerechtshof Gelderland oordeelt dat gemeente Wijchen de regels van het Didam-arrest heeft geschonden bij de verkoop van een reststrook grond aan de bewoners van adres 1. De gemeente had de verkoop niet openbaar bekendgemaakt en had niet gecontroleerd of de bewoners van adres 2, die de grond ook gebruikten, akkoord waren met de verkoop. Omdat alle aangrenzende eigenaren als potentiële gegadigden hadden moeten worden beschouwd, was de verkoop in strijd met het gelijkheidsbeginsel. De rechtbank stelde de beslissing over de nietigverklaring van de koopovereenkomst uit, in afwachting van een arrest van de Hoge Raad in een gerelateerde zaak.
- Kort geding (13 juni 2024) Het gerechtshof Den Haag oordeelt dat de voorgenomen verkoop van een gemeentelijk perceel niet in strijd is met het Didam-arrest. De gemeente Leidschendam-Voorburg had het recht om het perceel exclusief aan de eigenaar van het naastgelegen perceel te verkopen, omdat deze verkoop paste binnen haar beleid gericht op (sociale) woningbouw. De rechter vond dat de gemeente voldoende had onderbouwd waarom deze koper de enige serieuze gegadigde was, en de vorderingen van de eiser werden afgewezen.
- Kort geding (5 juni 2024) Het gerechtshof Den Haag wijst de vordering af waarin de eiser het Hoogheemraadschap wilde verplichten om door te onderhandelen over de verkoop van percelen. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen gerechtvaardigd vertrouwen was gewekt dat er een koopovereenkomst tot stand zou komen, mede omdat de naam van de kopende entiteit in de meeste concept-koopovereenkomsten ontbrak. Het belang van het Hoogheemraadschap om vrij over haar eigendom te beschikken, woog zwaarder dan het belang van eiser om exclusief verder te onderhandelen.
- Kort geding (4 juni 2024) Het gerechtshof Rotterdam oordeelt dat de gemeente Gorinchem de verkoop van een bedrijfskavel niet transparant heeft georganiseerd en daardoor in strijd handelde met het gelijkheidsbeginsel zoals vereist in het Didam-arrest. De verkoop was niet duidelijk aangekondigd, en er was geen informatie over de specifieke kavels of selectiecriteria. De rechter acht het aannemelijk dat in een bodemprocedure wordt geoordeeld dat de gemeente een nieuwe selectieprocedure moet organiseren.
- Kort geding (16 april 2024) De voorzieningenrechter oordeelt dat de gemeente Rhenen rechtmatig handelt door de verkoopprocedure van een dorpshuis te stoppen nadat een herbeoordeling nodig bleek die de gelijkheid tussen inschrijvers zou schenden. Het besluit om de procedure stop te zetten is gebaseerd op het principe van behoorlijk bestuur en de noodzaak om alle deelnemers gelijk te behandelen. Op grond van het voorbehoud uit artikel 2.5.1 van het Verkoopdocument staat het de gemeente vrij om de verkoopprocedure “te allen tijde” te stoppen.
- Hoger beroep kort geding (26 maart 2024) Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de gemeente Harderwijk de uitgifteprocedure van een kavel opnieuw moet doorlopen na een softwarefout in de vrije uitgifte, waardoor de inschrijvingen van eiser Total Packaging en (1ste inschrijver) Broekhuis als prematuur terzijde werden gelegd.
- Hoger beroep (12 maart 2024) Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat een strook grond, grenzend aan het perceel van de eiser niet aan de eiser te koop hoeft worden aangeboden. Bij ontbreken van intentie van de gemeente om deze strook in eerste instantie te willen verkopen aan enige partij. Wel frustreerde eiser onrechtmatig de verkoop van het aangrenzend perceel, waarna de rechter oordeelt dat het gelijkheidsbeginsel er dan niet toe kan leiden dat enkel dit stuk alleen en alsnog aan eiser te koop moet worden aangeboden.
- Eerste aanleg (31 januari 2024) De voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat het vertrouwensbeginsel voorgaat op het gelijkheidsbeginsel in een Didam gerelateerde zaak tussen de gemeente Tynaarlo en Supermarkt exploitant Hendrikse.
- Kort geding (15 december 2023) De voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland oordeelde in kort geding op 15 december 2023 een in strijd met het Didam-arrest tot stand gekomen overeenkomst nietig. Als wordt aangenomen dat de reeds gesloten overeenkomst nietig is, herleeft een eerdere huurovereenkomst tot 2028, zodat potentiële gegadigden volgens de voorzieningenrechter voldoende tijd hebben om een bodemprocedure te starten. Bij die stand van zaken hebben eisers geen belang bij een onmiddellijke voorziening en worden hun vorderingen afgewezen.
- Eerste aanleg (5 december 2023) De gemeente Zevenaar mag de uitgifteprocedure van kavels staken omdat deze in strijd is met de criteria van het Didam-arrest. Een nieuwe procedure mag worden opgestart ook al is het voor de appellanten de vraag of zij dan in aanmerking komen. Geen strijd met vertrouwensbeginsel en evenredigheidsbeginsel.
- Kort geding (28 november 2023) het hof bevestigt dat de gemeente Den Haag geen mededingingsruimte hoefde te bieden omdat er maar één serieuze gegadigde is voor de grondreserveringsovereenkomst. Deze overeenkomst werd tijdens het hoger beroep ingetrokken zodat belang alleen nog de proceskosten betrof. Appellante werd hiertoe veroordeeld.
- Kort geding (23 november 2023) De voorzieningenrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelde dat het Didam-arrest niet van toepassing is bij inbestedingen. Het zorgvuldigheidsbeginsel en evenredigheidsbeginsel is naar voorlopig oordeel niet geschonden. In die zin geen onrechtmatige daad van de gemeente. Inbesteding is geregeld in het aanbestedingsrecht, zodat het in het Didam-arrest geformuleerde gelijkheidsbeginsel hiervoor geen betekenis heeft
- Bodemprocedure (17 oktober 2023) De voorzieningenrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelde dat overheidslichamen ook ruimte dienen te bieden aan potentiële gegadigden om mee te dingen bij het overdragen van aandelen.
- Kort geding (10 oktober 2023) De voorzieningenrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt in twee uitspraken over dezelfde kwestie dat de gemeente gelet op haar beleidsdoelstellingen een perceel grond één-op-één mocht verkopen aan de eigenaar van het naastgelegen perceel.
- Kort geding (3 oktober 2023) De voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag oordeelt dat de gemeente Delft voor de verplaatsing van een studentenroeivereniging geen selectieprocedure hoefde te organiseren. De bezwaarmakende studentenrugbyvereniging en het naastgelegen bedrijf worden niet aangemerkt als serieuze gegadigden en komen daarom niet in aanmerking voor de uitgifte in erfpacht van het perceel.
- Eerste aanleg (22 september 2023) De kantonrechter van de rechtbank Rotterdam oordeelt dat ook gelijke kansen moeten worden geboden bij een geval van een overname van een bestaande (huur)overeenkomst voor een strandperceel door een derde.
- Kort geding (7 september 2023) De voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam oordeelde dat de gemeente redelijkerwijs mocht aannemen dat de eigenaar van het naastgelegen perceel de enige serieuze gegadigde was voor de aankoop van snippergroen. De gemeente hoefde daarom geen openbare selectieprocedure te organiseren.
- Hoger beroep (1 augustus 2023) Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelde dat de rechtbank terecht een schending van het gelijkheidsbeginsel heeft aangenomen en dat het hoger beroep van de gemeente moet worden afgewezen.
- Kort geding (21 juli 2023) De voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland oordeelde dat de gemeente Het Hogeland overeenkomstig de regels uit het Didam-arrest heeft gehandeld bij de verkoop van het oude gemeentehuis in Bedum. Hierbij is juist gehandeld naar het zorgvuldigheidsbeginsel en gelijkheidsbeginsel
- Hoger beroep Kort geding (18 juli 2023) De voorzieningenrechter van het gerechtshof Den Haag oordeelt in afwijking van een eerdere uitspraak van de rechtbank, dat de gemeente Rotterdam twee percelen toch gezamenlijk in erfpacht mocht uitgeven.
- Kort geding (10 juli 2023) De voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland oordeelde dat de gemeente Schagen bij de verkoop van gemeentegrond niet in strijd heeft gehandeld met het Didam-arrest, ook al had zij geen openbare selectieprocedure georganiseerd.
- Hoger beroep Kort geding (27 juni 2023) Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelde dat niet aannemelijk is geworden dat de gemeente Groningen handelt in strijd met artikel 3:14 BW en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, waaronder het gelijkheids-, het rechtszekerheids- en het vertrouwensbeginsel.
- Uitspraak in eerste aanleg (14 juni 2023) De rechtbank Rotterdam oordeelde dat de verkoop van 21 woningen door de gemeente Rotterdam voor € 1,- geen staatssteun is, en ook geen schending van het gelijkheidsbeginsel.
- Kort geding (7 juni 2023) De voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland oordeelde dat de besluitvorming van de gemeente Rhenen om een inschrijver uit te sluiten onzorgvuldig is geweest door een motiveringsgebrek. De gemeente moet opnieuw besluiten over de inschrijving.
- Uitspraak in Eerste aanleg (24 mei 2023) Koopovereenkomst tussen gemeente en private partij. Schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid gemeenteambtenaar. Overeenkomst dateert van voor datum Didam-arrest. De rechtbank Midden-Nederland beslist van plan te zijn prejudiciële vragen te stellen aan de Hoge Raad.
- Cassatie (25 april 2023). De voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland oordeelde dat de gemeente Zaltbommel heeft voldaan aan de voorwaarden die gelden voor uitzondering op de verplichting tot het doorlopen van een openbare selectieprocedure voor de verkoop van een perceel grond.
- Kort geding (25 april 2023). Gemeente wil percelen grond tijdelijk in bruikleen geven aan een woningcorporatie voor de realisering van betaalbare flexwoningen voor ontheemden en statushouders. Eiser vordert een verbod op uitvoering van dit voornemen, omdat deze in strijd is met het Didam-arrest. De vordering wordt afgewezen. De gemeente hoeft niet alsnog een openbare selectieprocedure als bedoeld in het Didam-arrest te doorlopen.
- Kort geding (7 april 2023). In een procedure van gedaagde tegen de gemeente is geoordeeld dat niet aannemelijk is geworden dat de gemeente in strijd heeft gehandeld met het gelijkheidsbeginsel en als dat al zo zou zijn, het vertrouwensbeginsel belangrijker is.
- Hoger beroep (4 april 2023). Didam. Bodemzaak van HR 26 november 2021 (het "Didam-arrest"), (Didam Have/Montferland en Groenstaete). Gemeente had voormalige gemeentehuislocatie moeten verkopen in een procedure met mededinging. Het hof vernietigt de koopovereenkomst.
- Kort geding (22 maart 2023). Didam-arrest heeft terugwerkende kracht. Alle (oude) overeenkomsten die in strijd zijn met het Didam-arrest, zijn nietig. Dit staat haaks op de opvatting tot nu toe, dat overeenkomsten alleen nietig zijn als de regels bewust zijn overtreden (WPNR 7392).
- Kort geding (17 maart). Vier gevoegde zaken. Verbod om de selectieprocedure ongewijzigd voort zetten, toegewezen. De wijze waarop de Gemeente haar 'rondvaartbotenbeleid' thans wenst vorm te geven, via de in de Selectieleidraad omschreven selectieprocedure voor het sluiten van huurovereenkomsten voor afmeerplaatsen, kan de toets der kritiek niet doorstaan. Deze treft een deel van eisers onevenredig zwaar.
- Kort geding (10 maart 2023). De publieke taak van een gemeente als redelijk handelende overheid laat toe dat zij haar beleid laat beïnvloeden door private initiatieven als die initiatieven in lijn zijn met de meer algemene beleidskaders en de maatschappelijke ontwikkelingen.
- Kort geding (9 maart 2023). De gemeente mag een stuk grond in Ouderkerk aan de Amstel niet één-op-één aan een geïnteresseerde verkopen zonder openbare selectieprocedure. De gemeente wist dat er meer geïnteresseerden waren, en had niet mogen concluderen dat er maar een serieuze gegadigde was.
- Mondelinge uitspraak (7 maart 2023). Eiser dient, om aan haar stelplicht te voldoen, vóór of tijdens de selectieprocedure een deugdelijk en geloofwaardig plan presenteren, in ieder geval op de volgende punten:
- Waar wil eiser het perceel voor gebruiken?;
- Welke maatschappelijke doelstellingen wil zij daarmee bereiken?;
- Is zij bereid bestaande gebruikers te respecteren, en zo ja, hoe?;
- Welke prijs kan/wil zij betalen voor het perceel?;
- Kan/wil zij de overige bepalingen, zoals vastgelegd in de koopovereenkomst, respecteren, en/of heeft zij andere wensen/eisen/ideeën, die zodanig zijn dat de gemeente daar serieus over moet nadenken, als alternatief voor het plan van de initiële gegadigde? - Kort geding (28 februari 2023). Gemeente mocht de eigenaar van het winkelcentrum aanmerken als enige serieuze gegadigde bij de voorgenomen verkoop van grond. De gemeente wilde het oude winkelcentrum gerevitaliseerd zien
vanwege het openbaar belang en was daarbij afhankelijk van de eigenaar van het winkelcentrum. - Kort geding (22 februari 2023). De selectiecriteria zijn objectief, maar zijn in de praktijk onjuist toegepast. De 1e uitgifteprocedure voldeed op papier aan de criteria uit het Didam-arrest, maar de gemeente week in de praktijk af van de procedure. De uiteindelijk toegepaste selectiemethode was daardoor wel in strijd met het Didam-arrest. Omdat de gemeente juist onrechtmatig zou handelen als zij de 1e uitgifteprocedure voort zou zetten, mocht de gemeente deze procedure afbreken.
- Kort geding (14 februari 2023). Kort geding aanhangig gemaakt na afloop van de gestelde termijn. Toch is de eiser ontvankelijk, aangezien de Didam-publicatie maar 5 dagen op de website van de gemeente had gestaan en moeilijk vindbaar was. De koper was desalniettemin de enige serieuze gegadigde. Het feit dat een gegadigde mogelijk zelf het initiatief heeft genomen tot overdracht en er vervolgens is besproken of overdracht op grond van het Didam-arrest mogelijk is, maakt nog niet dat de criteria zijn toegeschreven aan de koper.
- Kort geding (14 februari 2023). Het beroep van de gemeente op de uitzonderingsregel uit het Didam-arrest slaagt niet. De gemeente was van oordeel dat er slechts één serieuze gegadigde was voor de ruil omdat het perceel van de gegadigde nodig was voor het aanleggen van een weg, maar uit de verkavelingsplannen blijkt dat ook het perceel van de eiser hiervoor bestemd was. Hierdoor zijn er twee serieuze gegadigden, waardoor de gemeente niet aan de initiële gegadigde mag verkopen en een openbare selectieprocedure moet organiseren.
- Kort geding (1 februari 2023). Zittende pachter niet per definitie de enige serieuze gegadigde. Steeds opnieuw verlengen/sluiten van pachtovereenkomsten past niet meer binnen de regels uit het Didam-arrest. De gemeente gaat
daarom openbaar aanbieden. De zittende pachter kan niet vooraf worden aangemerkt als enige serieuze gegadigde. De door de pachter gedane investeringen in verwachting van meerjarige pacht maken dit niet anders. - Kort geding (12 januari 2023). De Rechtbank Gelderland oordeelde op dat de gemeente Nijmegen geen uitvoering mag geven aan de koopovereenkomst die zij sloot met de GGD, omdat zij niet heeft voldaan aan de eisen die voortvloeien uit het Didam-arrest.
- Kort geding (19 december 2022). De rechtbank Rotterdam oordeelde dat een beoogde uitgifte in erfpacht door de gemeente Rotterdam in strijd is met het Didam-arrest. De handelswijze die de gemeente heeft gehanteerd in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. Het beroep van de gemeente op de door de Hoge Raad geformuleerde uitzondering faalt.
- Kort geding (15 december 2022). Tijdelijke verhuur van gemeentegrond aan supermarkt. Niet aannemelijk dat deze supermarkt de enige serieuze gegadigde is. Gemeente moet alsnog openbare selectieprocedure voor de tijdelijke verhuur van de gemeentegrond volgen en mag vooralsnog geen uitvoering geven aan huurovereenkomst.
- Kort geding (14 december 2022). Verkoop percelen grond door de provincie Fryslân waren in strijd met het Didam-arrest. De provincie heeft in de bekendmaking van de verkoop onvoldoende gemotiveerd op basis van welke objectieve, toetsbare en redelijke criteria zij heeft aangenomen dat er slechts één serieuze gegadigde was voor elk van de te verkopen percelen.
- Kort geding (30 november 2022). De vraag staat centraal of de gemeente gelijke kansen had geboden aan gegadigden en rechtsgeldig mocht overgaan tot verkoop van percelen en de (voorgenomen) levering van een strook grond die eerder deel uitmaakte van die percelen.
- Kort geding (23 november 2022). Rechtbank Amsterdam oordeelt dat bij de huurovereenkomst van een overgenomen sportschool het vertrouwensbeginsel gaat boven het gelijkheidsbeginsel.
- Bodemzaak (7 november 2022). De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft geoordeeld dat de verkoop van een perceel bosgrond door de gemeente Tilburg aan (en op verzoek van) een burgerinitiatief niet in strijd is met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur en het Didam-arrest.
- Kort geding (1 november 2022). De gemeente was in onderhandeling met eiser over een nieuwe erfpachtuitgifte, maar brak deze af in verband met het Didam-arrest. De rechtbank Gelderland oordeelde dat de gemeente de procedure tot gronduitgifte kon stopzetten zonder daarmee in strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur te handelen.
- Kort geding (24 oktober). De rechtbank Rotterdam oordeelde dat geen sprake is van een uitzondering op het Didam-arrest en dat het overheidslichaam derhalve alsnog een openbare selectieprocedure dient te organiseren.
- Kort geding (20 oktober 2022). Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat slechts bij een gekwalificeerde schending van het gelijkheidsbeginsel sprake kan zijn van een nietige overeenkomst op grond van artikel 3:40 BW.
- Kort geding (6 oktober 2022). De rechtbank Noord-Holland heeft geoordeeld dat de gemeente Haarlemmermeer zonder een openbare selectieprocedure te volgen haar gemeentegrond één op één mag verkopen aan woningcorporatie Ymere ten behoeve van sociale woningbouw.
- Kort geding (5 oktober 2022). Over de toepassing van de criteria van het Didam arrest. De Rechtbank Den Haag besliste dat de criteria die gemeente Den Haag stelt voor het één op één grond aanbieden aan gegadigde binnen de kaders van het Didam arrest valt doordat de gemeente heeft getoetst aan de hand van objectieve, toetsbare en redelijke criteria.
- Kort geding (23 september 2022). De rechtbank Rotterdam oordeelt dat de gemeente Rotterdam in het kader van een omvangrijke gebiedsontwikkeling gronden één op één mag verkopen/uitgeven in erfpacht aan een projectontwikkelaar die overeenstemming heeft bereikt met de zittende erfpachter van het terrein.
- Kort geding (20 september 2022). Uitgifte van groenstrook ten behoeve van het plaatsen van een onderstation door ProRail. Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat voor dit doel slechts één gegadigde bestaat, omdat alleen ProRail een onderstation mag aanleggen. Toepassing van de uitzonderingsregel en één-op-één uitgifte zijn daarom toegestaan.
- Kort geding (14 september 2022) ook een grondruiltransactie valt onder de reikwijdte van het Didam-arrest. Niet beslissend is of andere, vergelijkbare onroerende zaken beschikbaar zijn. Het enkele feit dat andere partijen mogelijk belangstelling hebben om de onroerende zaak te kopen is voldoende. Rechtbank Overijssel beslist dat de criteria die de provincie heeft gesteld objectief en redelijk zijn.
- Kort geding (25 augustus 2022) over toepassing uitzondering op het Didam-arrest. De rechtbank Gelderland beslist dat één van de twee gegadigden niet als serieuze gegadigde aan te merken valt omdat deze slechts een deel van het aangeboden object wil overnemen en niet het object zoals aangeboden door de gemeente.
- Kort geding (22 augustus 2022) over toepassing Didam-arrest. De rechtbank Midden-Nederland beslist dat de gemeente Almere grond één-op-één aan een woningcorporatie mag verkopen, vanwege prestatie en bouwclaimafspraken waar andere corporaties mee akkoord zijn gegaan. In het kader van de belangenafweging is ook naar de situatie op de woningmarkt gekeken.
- Hoger beroep (9 augustus 2022). Het CBb heeft in hoger beroep uitspraak gedaan in de Markt & Overheid-zaak over een sportcomplex in de gemeente Heumen en de kosten die de gemeente voor de verhuur in rekening heeft gebracht. Volgens de ACM heeft de gemeente in het verleden ten onrechte niet de integrale kostprijs in rekening gebracht. Het CBb oordeelt nu dat de ACM terecht dit oordeel velde. Aangezien het CBb de hoogste rechter is, is het besluit hiermee onherroepelijk.
- Kort geding (4 augustus 2022). De rechtbank Noord-Holland besliste dat de zittende huurders de enige serieuze gegadigden waren vanwege de gedane investeringen en daarom heeft de gemeente niet in strijd gehandeld met het Didam-arrest bij verlenging van de huurovereenkomst.
- Hoger beroep (26 juli 2022). Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden besliste dat de gemeente voldoende transparant is geweest over de verkoop en daarom niet in strijd heeft gehandeld met het Didam-arrest.
- Kort geding (8 juli 2022). De rechtbank Oost-Brabant besliste dat de grondruil mag plaatsvinden, omdat de door Provincie aangevoerde criteria objectief, toetsbaar en redelijk waren; in lijn met het Didam-arrest.
- Uitspraak voorlopige voorziening (30 juni 2022). De rechtbank Gelderland besliste dat de Gemeente onterecht de oorspronkelijke uitgifteprocedure heeft stopgezet, omdat daarin niet in strijd werd gehandeld met het Didam-arrest.
- Uitspraak (15 juni 2022). De Raad van State besliste dat het eventuele in strijd handelen bij de koopovereenkomst tussen de gemeente en de projectontwikkelaar niet ertoe leidt dat het bestemmingsplan en de omgevingsvergunning niet uitvoerbaar zijn.
- Uitspraak in eerste aanleg (6 april 2022). De rechtbank Gelderland besliste dat ook de Gemeenteraad zich moet houden aan de verplichtingen uit het Didam-arrest.
- Kort geding (18 maart 2022). De rechtbank Midden-Nederland besliste dat ook aan voor het Didam-arrest onderhands gesloten koopovereenkomsten geen uitvoering mag worden gegeven.
- Uitspraak in eerste aanleg (28 januari 2022). De rechtbank Sint-Maarten besliste dat ook erfpacht onder de verplichtingen uit het Didam-arrest valt.
- Didam-arrest (november 2021). De Hoge Raad besliste dat de overheid 'bij uitgifte van onroerende zaken' niet zomaar met één partij een contract mag sluiten.
- Hoger beroep (2 februari 2021). Bij het bestreden besluit heeft de gemeente vastgesteld dat de verhuur en exploitatie van sportaccommodaties in de gemeente plaatsvindt in het algemeen belang.